Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht pont ar. Sorteren op datum Alle posts tonen
Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht pont ar. Sorteren op datum Alle posts tonen

vrijdag, augustus 02, 2013

Kruidenstage: wandeling Pont ar Gorret

Laatste dag van onze Bretoense kruidenstage. Een lange wandeling gemaakt langs het fietspad van Pont ar Gorret richting gare Skrignac, zigzaggend langs een mooi pad naar boven richting Saint-Ambroise, voor we in het dorpje komen draaien we wel naar Kervallon.
Een kersenboom (Prunus avium) bezorgt ons nog smakelijke vruchten. Bij Kervallon duiken we het grote bos in, het uiterste deel van het fôret dominiale de Huelgoat, een gemengd loofbos met een onderbegroeiing van de overal aanwezige adelaarsvaren maar ook met heel wat bosbessen. We zijn ondertussen geklommen naar 190 meter hoogte en dalen naar het fietspad bij de oude molen van Libien. Vandaar kunnen we via het fietspad rechtstreeks terug naar Pont ar Gorret. We maken nog wel een zijsprongetje naar een nat gebiedje met veel engelwortel en tormentil, we ploeteren van het pad  af door een ongevaarlijk moerasje terug naar het fietspad en dan stevig doorstappend bereiken we snel weer Pont ar Gorret.



Over de zoete kers / Prunus avium
De naam Prúnus is mogelijk afgeleid van het Griekse prooïnos: vroegtijdig, het zou verwijzen naar het vroegtijdig rijp zijn van de vruchten. Volgens Dodonaeus 'Alle kersen maken de buik week en laten licht naar toilet gaan als ze voor ander eten gegeten worden maar ze geven geen of zeer weinig voedsel en zijn slecht voor de zieke en vochtige maag omdat ze gemakkelijk daarin bederven en vooral de kleine die dikwijls de oorzaak zijn van koortsen en van andere ziekten'.

Nu worden kersen en andere vruchten meer gezondheidswaarde toegeschreven dan in de tijd van Dodoens.
Antioxidant Support Cherries are a rich source of flavonoids, natural compounds that are most widely recognized for their potent antioxidant activity. In fact, anthocyanins flavonoids isolated from cherries have been shown to possess antioxidant capabilities superior to vitamin E. This powerful free radical scavenging capacity has broad ranging health implications for the immune, cardiovascular, and musculoskeletal systems. Additionally, cherries have also been shown to support the body's natural anti-inflammatory response.

Joint Support and Uric acid control By disarming free radicals, which can damage healthy cells, flavonoids contribute to the integrity of capillaries, collagen structures, eyes, joints, and arteries. Research has shown that anthyocyanins and cyanidin flavonoids present in cherry fruit can positively impact joint health. A recent study found that consumption of sweet cherries promotes optimal pH balance by maintaining healthy uric acid levels, revealing yet another way in which cherries contribute to joint health.

Cardiovascular Support One of the most exciting new findings regarding cherry fruit consumption is its potential support in the area of cardiovascular health. Researchers recently found that anthocyanins naturally present in sweet cherries support healthy insulin production in pancreatic cells. Cherry consumption may, therefore, help maintain healthy insulin and blood sugar levels that are already within the normal range.

Sleep Support A recent study, the first to reveal that melatonin can be naturally present in food sources, found that both sweet and tart cherries contain high levels of melatonin. While additional trials are needed to validate cherry fruit as an effective sleep enhancer, this study implies yet another potential health benefit of cherry consumption.

Kelley DS, Rasooly R, Jacob RA, Kader AA, Mackey BE. Consumption of Bing sweet cherries lowers circulating concentrations of inflammation markers in healthy men and women. J Nutr. 2006;136(4):981-6.
Jacob RA, Spinozzi GM, Simon VA, et al. Consumption of cherries lowers plasma urate in healthy women. J Nutr. 2003;133(6):1826-9.

zaterdag, februari 25, 2012

Morlaix, thuis in Pont ar Gorret en Bretoense magie

Morlaix, een oud Bretoens stadje met een enorme oudere hoge spoorwegbrug over de vallei en over de stad, vlakbij de oude kerk. Zaterdagmarkt, wel erg rustig, het is middag en dus zitten de Fransen een 'menu du jour' te eten thuis of in een plaatselijk restaurant. Dat lukt hier al voor 8 tot 10 euro. Wij drinken un café in het ook weer oude, pittoreske grand cafe La Terrasse (place des Otages, 31). Enkele leuke straatjes met vakwerkhuizen, een grote boekhandel, een winkel theehuis waar men ook aan tricothé doet en nogal wat cafeetjes. Na de middag rijden we naar het plaatselijke Centre commerciale, voor grote winkels moet je daar zijn maar het blijft een verschrikkelijk samenraapsel van hangar-achtige lelijke gebouwen met schreeuwerige reclames. Toch vinden we hier een biocoop waar we ondere andere Tulsithee kopen, verder bezoeken we de plaatselijke Troch om meubels te kopen of te verkopen. En dan rijden we over een mistige veenvlakte terug naar huis. Naar huis is nu dus Pont ar Gorret.

En dan savonds het oude huis weer warm stoken met hout in plaats van aardgas. Veel werk, veel stof, te heet of te koud maar het is wel aangename, directe stralingswarmte, hout is bij de hand en is herkenbaar oervuur. Vlam van verbondenheid.
Savonds zonder televisie, zonder internet en zonder andere moderne magische praktijken blijft er mij niks anders over dan echte magie te beoefenen of toch er tenminste over te lezen. En ik moet bekennen dat dat lezen vooral op mijn laptop gebeurd. Opgeslagen gegevens waar ik nu de tijd voor neem om te bestuderen. Terug naar de 13de en 14de eeuw toen de zogenaamde demonomanie hoog tij vierde. Nu ja vieren, duivelsbezwering en Satans-evocatie waren toen niet weg te denken uit het dagelijkse leven en een religieus boek als de Heksenhamer over heksen, ketters, duivels en demonen vond dan ook gretig aftrek. Iedereen was ervan overtuigd dat de wereld vol zat met kwaadwillige demonen, die eeuwenlang de mens had geplaagd en verleid.

De heidense godenkruiden, die in de Oudheid contact met goden en geesten moest mogelijk maken, waren met de opkomst van het christendom veranderd in duivelse kruiden. Men kon er misschien wel mee genezen, maar het was met die diabolische kruiden ook mogelijk een pact met gevaarlijke demonen te sluiten. De duivel werd vooral gezien als metafoor voor het kwaad en diende op alle mogelijke manieren te
worden bestreden. De heksenkruiden, te zeer verweven met het heidendom, moesten verdwijnen. Tot die diabolische kruiden werden alruin, bilzekruid, belladonna, scheerling, monnikskap en papaver gerekend.

Botanische narcotica speelden sinds de Oudheid een belangrijke rol. Zo berusten de vele heksenzalven uit de Middeleeuwen op de werking van psychoactieve planten. In die zalven konden wel 32 planten verwerkt worden, waaronder nachtschade, alruin, monnikskap, dolik, bilzekruid en doornappel. De mystieke ervaring zoals die in praktisch alle verhalen tot uiting komt, stemt overeen met het gevoel van een oneindige ruimte waarin men in een roes al zwevende opgaat. De daartoe benodigde medicijnen zoals slaap- en pijnmiddelen, werden uit de apotheek betrokken en bevatten alle nachtschade planten, opium en soms scheerling.
We zien dat in apotheekverordeningen van de 14e en 15e eeuw steeds de aflevering wordt ontraden van sterk werkende narcotische farmaca aan onbekende vrouwen en van pijnstillende middelen zonder voorschrift van een arts.
Het bestrijden van pijn, bijvoorbeeld met de narcotische populeumzalf, werd streng afgekeurd en de vroedvrouw die pijn bij de geboorte wilde verzachten werd verdacht van hekserij en aangeklaagd.
Voor de geestelijkheid was gezondheid afkomstig van God en niet van de inspanningen van de mens. 

En hier zit ik dan in eenzaamheid, in de diepe donkerte van Pont ar Gorret, wel met glinsterende
sterrenhemel te filosoferen over de heksenkruiden uit het verleden en hoe we die vandaag weer kunnen gebruiken of misbruiken. 

dinsdag, september 03, 2013

Pont Mikaël en braambessen

Braambessen plukken om wijn en confituur te maken. Ook een excuus om eens flink te fietsen. Het fietspad op richting Berrien en dan de verharde weg naar Huelgoat in de vallei van Rivière d'Argent. Ik stop even bij de gebroken brug Pont Mikaël, waar ik mijn eerste braambessen pluk. Wel veel struik maar weinig bes, maar ondertussen maak ik wat foto's van de rivier en de resten van de brug (dat was ik al eerder van plan).

L'ancien pont Mikael sur la rivière d'Argent, c'était le pont  sur le chemin qui permettait de rejoindre les deux mines de plomb-argentiféres de Poullaouen et de Berrien.

Zo zagen de resten van de brug en de omgeving er vroeger uit. Een golvend landschap met weinig of geen bomen, nu een bosrijke vallei. We denken dikwijls dat er vroeger overal meer bomen en bos was, ook in de Alpen zie je soms oude postkaarten in een kaal landschap waar het nu vol staat met bomen.

Maar ik was aan het fietsen en braambessen aan het plukken. Over de nieuwe pont Mikael draai ik rechts een grindweg op, ik fiets nu aan de overkant van de rivier terug naar Pont ar Gorret.  Het grindpad wordt wel snel graspad, goed om te wandelen, minder gemakkelijk om te fietsen maar ik heb een mountainbike dus dat moet kunnen. Bramen met bessen zijn er hier genoeg, alhoewel de kwaliteit wel wat te wensen over laat.

Achter het weiland bij ons huis groeien er wel super mooie maar die heb ik al geplukt en ja ik wou ook fietsen. Dus...hier romantisch plukken is ook wel wat waard en... zouden de kleine besjes hier in deze mysterieuze omgeving meer krachten bezitten. Ik ben benieuwd. Energie heb ik nu wel wat nodig, het pad slingert steil naar boven en in plaats van bij de moulin d'Argent uit te komen, beland ik hoger in de hameau Rouzoucon. Vier huizen staan er, groeien wou ik bijna schrijven, en hier woont ook een oude man van mijn leeftijd, die ik al enkele keren kort gesproken heb. Hij lijkt thuis te zijn, de oude wasmachine staat buiten en de deur is open, al staat die deur misschien wel altijd open. Ik wandelfiets toch maar verder en kom via een andere hameau Kersaliou en dan een steile holle weg naar beneden, terug op het officiële fietspad en vlot weer thuis. Wel met ocharme 650 gram braambessen maar wel met veel wandel- en fietsgenot.


Over braam: https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/rubus-fructicosus-braam

zaterdag, maart 03, 2012

Wandelen van Pont ar Gorret naar Huelgoat

Holle weg bij Kerseliou
Eikvaren bij Kergoly
Wandelen hier bij mijn Bretoens verblijf doe ik op dit moment niet veel. Eerder werken en wandelen in de tuin. Vandaag toch binnendoor naar Huelgoat gewandeld. 

Vertrekkend bij Pont ar Gorret, de Romeinse brug over, dan links het fietspad Voie verte op, richting Gare Locmaria, het eerste pad naar rechts een smalle holle weg in tot het gehucht Kerseliou-Laurent (meer naam dan huizen). Een wat wereldvreemde man, die daar waarschijnlijk woont, maakt me met een handbeweging duidelijk dat ik verder moet gaan. Dat was ik zo wie zo van plan. Verder op een wegsplitsing kan ik niet aan de verleiding weerstaan om naar Kergoly te gaan. Eén boerderij met 2 keffende hondjes, veel brandhout voor de deur en moeder lam met kleintjes maar (gelukkig?) geen mensen. Het stippelpaadje op de kaart is in het echt verdwenen of eerder opgevuld met afval en hout. Dan maar recht op recht naar de vallei en de daar stromende rivier met de verleidelijke naam Rivière d'Argent. In de buurt van de Pont Mikael kan ik de rivier en de weg van Huelgoat naar Poullaouen oversteken. Via een breed bospad boven de rivier wandel ik verder richting Huelgoat, ik wandel voorbij de oude mine d'argent en volg dan, de rivier overstekend, het prachtige pad (ook GR) langs het water. Vanaf hier is de rivier bezaaid met grote, ronde bemoste keien, het zijn deze stenen in allerlei grillige vormen waar Huelgoat zijn toeristische reputatie aan te danken heeft. Bij Le Gouffre kom ik op de verharde weg op 1 km van het stadje. Die kilometer hoef ik niet meer te wandelen, want net op dat moment komt mijn 'taxi' voorgereden.

Le Gouffre
Lees ook

Aronskelk in holle weg
Info over Huelgoat
Huelgoat, een stadje in het binnenland van Bretagne, gelegen op 30 kilometer van de Bretoense Noordkust (Morlaix, Roscoff) en op 50 kilometer van de Zuidkust. De omgeving van Huelgoat mag je gerust het mooiste stuk Bretoens binnenland noemen. Groene bossen worden afgewisseld met grijze heidegebieden.

Info over de oude spoorweg, nu fietspad dat Bretagne van Noord naar Zuid doorkruist.
Cette Voie Verte a été créée sur une ancienne voie ferrée. Améliorée en 2007/2008 c’est maintenant la « V7 » du Schéma régional des Véloroutes et Voies Vertes de Bretagne. Elle possède un revêtement correct en VTC.
Elle offre une grande qualité au niveau des paysages : le parcours, en permanence très sauvage, en pleine nature, monte depuis Carhaix à travers landes et bois jusqu’aux Monts d’Arrée, suit les crêtes, et redescend vers Carhaix et le canal de Nantes à Brest. Splendide façon de découvrir la Bretagne profonde.




zondag, februari 19, 2012

Rijden

Langs de Franse autowegen richting Bretagne flitsen resten van planten in mijn ooghoeken voorbij. Of ben ik het die de planten voorbij flits? Verhuis, op en neer naar Pont ar Gorret via Calais, Boulogne, Pont de Normandie, Caen, 1700 kilometer in 2 dagen. Onderweg, in de bermen droge, decoratieve resten van kaardebol en bereklauw, hier en daar ook oude, grillige jeneverbessen en er onder gelig fris glimmende ronde blaadjes van..... Ja, van wat? In de groei gekomen speenkruidblaadjes of  het zeldzame maar hier veel voorkomend navelkruid.

Pont ar Gorret! In het pikkedonker aankomen en in het pikkedonker weer vertrekken. En toch, een sterrenhemel van een ongeziene helderheid, het ruisend geluid van de Aulnerivier en de zuivere koele scherpte van de lucht. Natuur! Nat-uur! Uur van natuur!

Speenkruid, altijd weer van de eerste in het vroege voorjaar. Voor de naam Speenkruid laten we Dodonaeus natuurlijk aan het woord: ‘Cleyne gouwe oft Speencruydt. In onse tijden, ende wat daer voor, heeft men de wortelkens met de aenhangende greynkens of korlenkens begoot te gebruycken om de speenen te genesen: ende men heeft dit cruydt daerom de naem Speencruydt ghegeven: want de Speenen oft Anbeyen met het sap van dit cruydt oft van sijne wortelen met wijn oft pisse van den cranken gemengelt zijnde, dikwijls gewassen en genett, worden cleynder ende in een getrocken, ende verdroogen heel: ende pijne vergeet gantsch.’ Verder deelt hij nog mee dat volgens sommigen, alleen het bij zich dragen van het kruid (natuurlijk met de wortelknolletjes) al voldoende was om aambeien te genezen of de pijn daarvan te verzachten. Volgens een ander is de naam ontstaan vanwege de gelijkenis met een speen of tepel van een zoogdier. De wortelknolletjes hebben ook wel iets weg van de teelballen van de haan of de kater daar kwamen de oude namen Hoaneklootjes en Katteklootjes vandaan. Misschien zijn die speenkruidknolletjes wel goed voor mannen die te lang 'gekneld' in auto's zitten.

maandag, augustus 06, 2012

Even....

Moerasandoorn
Even fietsen in de schemering. Het fietspad op richting gare Skrignag, ja het fietspad is ooit een spoorweg geweest en ja we zijn in Bretagne, het land van magie en tongbrekende namen: Pont ar Gorret, Kervallon, Ty Jaffré, foret de Fréau en terug Pont ar Gorret, mijn fietsroute.
Onderweg de spekwortel gezien, een veld gewone engelwortel en gestopt bij een heerlijk verwilderde akker met veel jakobskruiskruid, peen, heelblaadje, moerasandoorn en wollige munt. Verdwaasd onder gedompeld in planten, in Bretoense wolkenluchten en met het burrelen van een ree in de verte, een moment van mogelijkheden. Even de eeuwigheid.




Gewone engelwortel is hier wel ongewoon veel en imposant aanwezig. Daar moeten we de volgende dagen wel wat mee doen. Maar gewoon genieten van de bloemschermen in de blauwe schemering, kan natuurlijk ook.
https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/angelica-archangelica-aartsengelwortel

Moerasandoorn staat hier echt mooi te zijn, zo mooi dat ik hem zelfs niet herkende. Niet echt een gebruiksplant toch lezen we in de Flora Batava dat 'de wortel is meelrijk en gekookt zijnde kan dezelve gegeten worden, gedroogd en tot meel bereid, kan men hiervan brood bakken'.
http://leeswerk.nl/florabatava/02/met_tekst/0106.htm

dinsdag, maart 13, 2012

Wandeling langs la rivière d'Argent

Ik wandel. Vertrek bij Pont ar Gorret. De oude brug over, links het fietspad Voie verte op richting Gare Locmaria-Berrien. De pas uit gelaten koeien van de buurman-boer staren me verwonderd aan. Zijn ze jaloers op een vrije wandelaar of vinden ze wandelen alleen maar vreemd? Naast en hoger dan het fietspad is ook een mooi pad in het hellingbos. Ik wandel tussen de zwaar bemoste en dus sprookjesachtige eiken, ook veel geurende douglasspar vinden we hier. Op de hoek, waar la rivière d'argent in de Aulne stroomt, draai ik mee met de Argent.

Vanaf de 11de eeuw is hier op deze hoogte een versterkte vesting geweest La motte féodale de Valy wordt op een informatief bord aangegeven. La motte féodale "Castel ar Valy" : Située le long de l'ancienne voie ferrée Carhaix-Morlaix, la motte (ancêtre du château-fort), lieu important de l'économie médiévale, est la plupart du temps placée le long des voix de communications de l'époque, en l'occurrence, à proximité de la rivière d'argent. Bâtie au début du XIè siècle, elle fît office de forteresse dans la période du XIè au XIIè siècle, elle est ensuite devenue la fortification du baron Kéraliou de Loscoat qui régnait sur un domaine de 346 ha. La motte était en fait l'emblème d'une petite et moyenne chevalerie ayant droit de basse et haute justice (ces avantages ayant disparus quelques années plus tard). Artificiellement construite avec une basse cour qui servait de refuge à la population en cas de troubles, était couronnée d'un donjon de bois. Le fossé qui l'entourait assurait une défense supplémentaire.

Versterkte forten zijn er blijkbaar niet meer nodig. Ik wandel rustig romantisch in de eerste lentezon, geen vuiltje aan de lucht. Wel geschiedenis alom. Ik kom bij le moulin de l'argent. Nu, een wat verwaarloosde woning, een lieu-dit, in de 19de eeuw de kern van een kleine industrie voor het winnen van 'la plombe argentifière'. Ik klim de vallei uit en kom begeleid door 2 hardnekkig blaffende honden bij een ander lieu-dit Rouzoucon. Een oudere man zegt me vriendelijk bonjour en begint een gesprek. Hij denkt mij te kennen, oudere mannen vooral met grijze baard beginnen blijkbaar net zoals baby's op mekaar te lijken. Robert is zijn naam, en hij is geboren op 9 mei 1945. Stel je voor, nog één jaar jonger dan ik en ook nog in dezelfde maand geboren. Hij stelt mij zelfs voor om samen eens te wandelen. Wie weet! Ik wandel ondertussen verder naar Keraliou-Laurent en via de mooie, mij reeds bekende holle weg kom ik terug thuis.

dinsdag, september 11, 2012

Vlierbessen plukken?

Een beetje klagen dan maar. Vlierbessen plukken blijkt dit jaar niet goed te lukken. Niet rijp, wel rijp en dan door de vogels verorberd, weinig struiken hier in Pont ar Gorret en de weinige exemplaren zijn dan nog gebarricadeerd door manshoge braamstruiken en zaadvormende brandnetels. Logisch! Brandnetels, bramen en vlier horen nu eenmaal in hetzelfde biotoop thuis.

Gekrast en verneteld tot onder mijn oksels kom ik thuis met 10 armzalige vliertrosjes. Verwonderen doet het me wel, want wie had ooit gedacht dat ik ooit nog zulke inspanningen zou moeten leveren om enkele kilo's vlierbessen te vinden. Maar..... morgen zullen die bessen er moeten aan geloven.

Mijn vroegere verhalen over de vlier te lezen http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/alternatief/22937-vlier-geen-verboden-vrucht.html en http://mens-en-gezondheid.infonu.nl/gezonde-voeding/87762-vlierbessensiroop-met-wijn.html

En ik lees in een van mijn oude boeken:  Het bessen plukken werkt in ieder geval bloeddrukverhogend want dit is een hele klus, er moeten altijd veel bessen geplukt worden'. Daar kan ik dit jaar enig begrip voor opbrengen.

Verhalen over de vlier zijn onuitputtelijk, leuk maar ook wel verwarrend. Voor en tegen. De herborist Evelyn schreef in 1706  "A certain house in Spain, seated amongst meny Elder-treed diseased and killed almost all the inhabitants, which when at last they were grubbed up became a very wholesome and healthy place". Men verhaalt van degenen die onder een vlier in slaap vielen dat die nimmer meer wakker werden.
Maar... de struik was ook de woning van de goede huisgeest, de hollermoeder, die het huis beschut tegen vuurgevaar en het vee voor ziektes.


Een merkwaardig recept van Dodonaeus wil ik nog wel vermelden. Die besiekens sonderlinghe die platte sadekens ghedroocht/ sijn oock goet den watersuchtighen ghebruyckt/ ende dijsghelijcx den ghenen die seer vet sijn ende gheerne magherder waren.
Hij voegt er wel direct een “hindernisse” aan toe: Die Vlier es van sijn eyghen natuere den menschelijcker natueren heel tseghen ende contrarie/ hy maeckt groote walginghe ende beruerte in die maghe/ dermen ende buyck hy onstelt dat heel lichaem/ ende beneemt die cracht/ macht ende ghesontheyt van der levere.

donderdag, februari 04, 2021

Klimop wintergroen

klimopboom bij Pont ar Gorret /Bretagne
Een plant die glimmend groen  de winter doorkomt, is onze klimop. Verafschuwd door sommigen omwille van zijn woekerende kracht, maar toch ook een nuttig gewas voor mens en natuur.
 

Klimop bloeit in september-december en is in die periode een bron van nectar en stuifmeel aangezien er dan niet zoveel gewassen bloeien. Daarmee trekt de plant tijdens de bloei vlinders en andere nectarzoekers aan. De vruchten rijpen na de winter (maart) en zijn geliefd bij vogels (onder andere merels) die vervolgens zorgen voor de verspreiding van het zaad. Klimopblad is het favoriete voedsel van sommige rupsen en wandelende takken. Verder is een klimopstruik een slaap- en schuilplaats voor allerlei vogels. Ook nestelen heggenmus, merel, winterkoning en grauwe vliegenvanger erin en is het voor vlinders zoals de gehakkelde aurelia een plek om te overwinteren. 

Zoals vele andere planten heeft klimop inhoudsstoffen die een gunstige of juist nadelige uitwerking kunnen hebben in of op het menselijk lichaam. Jonge uitlopers en gedroogd blad werden al in het oude Egypte en Griekenland toegepast tegen hoofdpijn. Bladextracten waren slijmoplossend, zweetafdrijvend en koortswerend. Het zou bij uitwendig gebruik helpen bij builen en blauwe plekken. Dit sluit aan bij het hedendaagse volksgebruik van klimop in de wondverzorging als omslag bij brandwonden en zweren.

Tegenwoordig gaat het in de fytotherapie vooral om het gebruik van droogextracten die worden toegepast bij hoest als gevolg van longproblemen. Het extract heeft een antiseptische, mucolytische en ontstekingsremmende werking die waarschijnlijk berust op de aanwezigheid van saponinen, met name alfa-hederine in het blad. Daarnaast wordt het inwendig gebruikt als pijnstiller tegen krampen. 

Naast zijn positieve eigenschappen kan het gebruik van klimop ook negatieve effecten hebben. Bij een te hoge concentratie van in de plant aanwezige saponin-glycosiden (waarvan de belangrijkste alfa-hederin, hederasaponin C en hederasaponin D zijn) zal er bij inname sprake zijn van vergiftigingsverschijnselen. Vooral bladeren en bessen bevatten die saponinstoffen. Het eten van grote hoeveelheden bessen leidt daarbij tot braken, diarree, koorts en stuipen. De bessen zijn erg bitter en nodigen niet uit tot consumptie. Het eten van bladeren kan leiden tot krampen. Contact met het plantensap uit de bladeren – bijvoorbeeld bij snoeiwerkzaamheden – kan leiden tot huidirritatie / dermatitis; hiervoor wordt de stof falcarinol verantwoordelijk gehouden. Er zijn twee gevallen beschreven waarbij inname van een extract van de plant leidde tot een anafylactische shock.

De klimop (Hedera helix L.) werd al in de oudheid gebruikt bij rituelen. In Egypte was de klimop gewijd aan Osiris. Ook bij andere mythologische figuren wordt de klimop genoemd. Zo werd de plant onder andere geassocieerd met de Griekse god Dionysos of zijn Romeinse evenknie Bacchus, beiden god van de wijn. Dionysos leerde in de klassieke oudheid de mensen hoe ze de wijnstok moesten kweken. Op afbeeldingen van hem is vaak de wijnstok te zien, maar ook klimop komt daarop voor. Dionysos en zijn gevolg hebben een krans van klimopbladen om hun hoofd en om Dionysos’ staf en de wijnbeker slingert een klimoprank, opdat hij minder gauw beschonken zou raken. Daarmee zijn de wijnstok en klimop beide attributen van Dionysos geworden. Klimop en wijnstok hebben zo een mythologische verbinding gekregen, maar ook hun blad (drie- tot vijflobbig) vertoont een zekere overeenkomst. 

Referenties

  • De Cleene M, Lejeune MC. Compendium van rituele planten in Europa. Mens en Kultuur, Gent, 1999. 
  • European Medicines Agency. Community herbal monograph on Hedera helix L., folium. 2011.European Medicines Agency. Assessment report on Hedera helix L., folium. 2011. 
  • De Cleene M. Giftige plantengids, herziene tweede druk. Thieme, Baarn, 1989. 
  • Paulsen E, Christensen LP, Andersen KE. Dermatitis from common ivy (Hedera helix ssp. helix) in Europe: past, present and future. Contact Dermatitis 2010;62(4):201-9. 
  • Morfin-Maciel BM, Rosas-Alvarado A, Velázquez-Sámano G. Anaphylaxis due to ingestion of ivy syrup (Hedera helix L.). Report of two cases. Rev Alerg Mex 2012;59(1):31-6.
  • Meer info op mijn website https://sites.google.com/site/kruidwis/planten-van-a-tot-z/hedera-helix-klimop-1

zaterdag, juli 04, 2015

Gewillige gewrichten?

Mijn gewrichten hebben de laatste weken nogal geleden onder het wandelen in de bergen, het wieden in onze kruidige border, het maaien, het hakken en het oogsten. 
Dus weer wat tinctuur van de bloeiende moerasspirea en de schil van de wilg gemaakt. Ons overstromingsgebied langs de rivier hier in Pont ar Gorret, lijkt wel een kruidenveldje voor reuma- en artroselijders. Wilg, brandnetel, moerasspirea  en groot hoefblad zijn manshoog aanwezig. Met de sikkel probeer ik mij een weg te banen naar de rivier. Verneteld (goed voor gewrichten) en ver-kleefkruid bereik ik het verfrissende water.

Over de wilg schreef Van Maerlant (13de eeuw) in  der naturen bloeme 
Men zegt het dat wie wilgenbloemen
in zijn spijs heeft genomen
dat zijn wulpsheid over waart
en nooit meer geprikkeld wordt daarna.
Het sap geduwd uit de bomen
en in een drank genomen
dat is goed tegen de koorts.
Zijn bladeren in water mede
worden gestrooid omtrent hem die ligt
in hete zuchten en dit gebruikt
verkoelt de kwade lucht
die daar in is van grote zucht. (astma)

Filipendulae flores en Salix cortex
Dioscorides melde al 2000 jaar geleden dat de wilg de zwangerschap verhindert. In de oudheid gold de wilg als symbool van kuisheid en onvruchtbaarheid. Om die reden bestrooiden de vrouwen van Thesmophorien hun leger (bed) met onvruchtbare (manlijke) twijgen. Op het eerste zicht lijkt het dus niet zo aantrekkelijk om wilgenkatjes te snoepen, maar het is dan ook de schil of jonge schors die ik gebruik en die heeft al een lange traditie als pijnstillend, koortswerend en ontstekingswerend middel.

Wetenschappelijk onderzoek en de eeuwenoude praktijk bevestigen de pijnstillende werking
Au cours d’un essai à double insu, un mélange de plantes (Reumalex®) renfermant 46 % d’écorce de saule a été légèrement supérieur au placebo pour soulager les douleurs arthritiques des sujets5.
Au cours d’une étude de deux semaines auprès de 78 sujets souffrant d'arthrose, les chercheurs ont constaté une diminution de 14 % de la douleur chez les sujets ayant pris un extrait de saule (240 mg de salicine par jour) et une augmentation de 2 % chez ceux ayant pris le placebo6.
Au cours d’un essai, 127 participants souffrant d'arthrose du genou ou de la hanche ont été répartis en trois groupes7. Ils ont pris, durant six semaines, soit un extrait de saule (240 mg de salicine), soit 100 mg d'un médicament anti-inflammatoire (diclofénac), soit un placebo. Le saule a été légèrement plus efficace que le placebo, mais nettement moins que le diclofénac.
Selon une étude d’observation récente (2008), l’extrait de saule est aussi efficace que des médicaments anti-inflammatoires pour réduire les douleurs de l’arthrose du genou et de la hanche8. Selon les auteurs, l’effet de l’écorce de saule serait plus lent à se faire sentir, mais est associé à moins d’effets indésirables que les traitements classiques.

5. Mills SY, Jacoby RK, et al. Effect of a proprietary herbal medicine on the relief of chronic arthritic pain: a double-blind study.Br J Rheumatol 1996 Sep;35(9):874-8. Texte intégral : http://rheumatology.oxfordjournals.org
6. Schmid B, Ludtke R, et al. Efficacy and tolerability of a standardized willow bark extract in patients with osteoarthritis: randomized placebo-controlled, double blind clinical trial.Phytother Res 2001 Jun;15(4):344-50.
7. Biegert C, Wagner I, et al. Efficacy and safety of willow bark extract in the treatment of osteoarthritis and rheumatoid arthritis: results of 2 randomized double-blind controlled trials. J Rheumatol. 2004 Nov;31(11):2121-30. Texte integral : www.jrheum.com
8. Beer AM, Wegener T. Willow bark extract (Salicis cortex) for gonarthrosis and coxarthrosis - Results of a cohort study with a control group. Phytomedicine. 2008 Sep 22.

 La salicine n’est qu’un des principes actifs de l’écorce de saule. La dose généralement suggérée de 240 mg par jour est très inférieure aux doses d’antidouleur habituellement fournies par les salicylates de synthèse (de 1 300 mg à 2 600 mg par jour). Plusieurs autres molécules dans l’écorce de saule, des flavonoïdes par exemple, ont un effet anti-inflammatoire qui complète l'effet de la salicine et expliquerait l’efficacité de la plante à si petit dosage9.
9. Willow bark extract: the contribution of polyphenols to the overall effect. Nahrstedt A, Schmidt M,et al. Wien Med Wochenschr. 2007;157(13-14):348-51. Review.

dinsdag, juni 02, 2020

Point de vue

Point de vue vanaf het fietspad bij de samenvloeiing van de rivière d'Argent en de Aulne. Het is deze rivier die bij het stadje Huelgoat door de eeuwen heen de chaotische rotsformaties heeft bloot gespoeld. Een mooi troostplekje voor mij tijdens deze Coronatijden. 

La rivière d'Argent (en breton ar Stêr Arc'hant), qui porte plusieurs autres noms : le « Fao », le « Pont-Pierre », le « Ruisseau de la Mine », est un cours d'eau français et un affluent de l'Aulne.

La longueur de son cours d'eau est de 18 kilomètres. Cette rivière coule dans les monts d'Arrée, en Bretagne, elle passe notamment par Huelgoat. C'est un affluent de l'Aulne, qu'elle rejoint à Poullaouen.
À sa confluence avec l'Aulne, ce dernier est appelé ar Stêr-Blom (la rivière de plomb). Certains des noms qu'on lui attribue proviennent de l'existence des anciennes mines de plomb argentifère du Huelgoat, de Locmaria-Berrien et de Poullaouen, situées dans son bassin hydrographique.

In de Franse taal dus, gestolen Frans. Op deze plaats bij de samenvloeiing van la riviere d'Argent en de Aulne bevinden zich ook de nauwelijks zichtbare resten van een middeleeuwse vesting. La motte féodale de Castel ar Valy, forteresse dominant le chemin de Carhaix à Morlaix, bâtie au début du XIe siècle, fut le domaine du baron Keraliou de Loscoat. Au XIIe siècle, le seigneur de la Haie-Douar construit une chapelle consacrée à la Vierge Marie.  Les seigneurs des manoirs de la Haye et de Kerambellec ainsi que de la métairie noble de la Haie-Douar étaient les gros propriétaires terriens.

Op deze historische plek sta ik dan mooi maar, starend naar het wiegend water. Naar het einde of naar de eeuwigheid.

woensdag, januari 20, 2016

Gunnera in de winter

Er zijn zo van die planten die, alleen al om hun uiterlijk, een onverbiddelijke indruk op mij maken. Planten die in één seizoen ver boven een mens uitgroeien , een immens blad vormen en een meter lange knotsvormige zaadstengel de hoogte instuwen. Ja, inderdaad een echte machoplant die Gunnera's maar.... nu in januari zijn ze bijna tot niets vergaan en liggen de zaadknotsen geknakt en half verrot langzaam te vergaan. Ik kan niet aan de verleiding weerstaan om zo'n zaadbom mee te nemen. Te schaken, te ontvoeren van zijn publieke plaats, de historische wasplaats in Huelgoat naar mijn eigen onderkomen in Pont ar Gorret. De Ridders van de Ronde Tafel zullen zo'n heldendaad met genoegen vanuit hun hemels verblijf gade slaan.

Mogelijk is dit de plant die door van Ravelingen (Ravelingius) beschreven wordt; ‘Petasites Indica of Indiaanse Petasites bladeren, daar Lobel van spreekt, is een gewas dat op Petasites zeer gelijk van groei is en heeft ronde bladeren zo groot als een hoed. Dan de wortel is een verwarde reeks die terzijde vele jonge uitspruitende scheuten heeft en stelen van bladeren negentig cm lang die halmachtig en vol merg zijn en dragen elk een blad dat niet erg uitgehold of geschaard is zoals in de grote klis. De wortel groeit in een voze zwamachtige en wormstekige bol die boven rondom de stelen zeer dik gehaard is en beneden wijdt uitgespreid en zo groot als die van de grootste Osmunda, ze heeft een droge tezamen trekkende smaak. Maar dit kruid is noch niet te volle bekend of genoeg beschreven.’

Een andere soort, Gunnera tinctoria  zou, zoals de naam al zegt, een zwarte kleurstof bevatten. De vlezige bladsteel kan, volgens sommige literatuur, geschild als voeding gebruikt worden. De wortel werkt adstringerend. In Chili werd de wortel dan ook gebruikt om huiden te looien.

In South Africa, a decoction of the roots of Gunnera perpensa is used to expel the placenta after birth or to relieve menstrual pains (Ngwenya et al. 2003; Van Wyk & Gericke 2000; Von Ahlenfeldt et al. 2003.
According to Fox & Norwood Young (1982) the Sothos, Fingos, Xhosas and Zulus eat the petioles and flower stalks raw. The petioles have a bitter taste unless the fibrous vascular bundles and the outer covering are removed.

An aqueous decoction of Gunnera perpensa rhizome exhibited direct activity on isolated rat uterine smooth muscle but not on that of the ileum. Response to oxytocin-induced uterine contractions were potentiated by the extract. Abortifacient activity has been reported, but details are not available.
Water, hexane and 100% ethanol extracts of dried root, assessed for in vitro antibacterial activity against Staphylococus aureus, Klebsiella pneumoniae, Bacillus subtilis and Escherichia coli, were found to be inactive in the concentrations used.

 Kaido, T.L., Veale, D.J.H., Havlik, I. and Rama, D.B.K. (1997). Preliminary screening of plants used in South Africa as traditional herbal remedies during pregnancy and labour. Journal of Ethnopharmacology 55: 185-191. 
 Jonathan, L.T. (1995). Traditional versus modern medicine: the case for a collaborative approach to primary health care. Journal of Research: Ethnomedicine in Africa: 9-18.
 Roma, Lesotho. 5 Mc Gaw, L.J., Jager, A.K. and van Staden, J. (2000). Antibacterial, anthelmintic and antiamoebic
activity of South African medicinal plants. Journal of Ethnopharmacology 72(1/2): 247-263. 

maandag, december 21, 2015

Kortste dag, langste nacht

Kortste dag, langste nacht. Pont ar Gorret Bretagne. Het verlaten en vervallen heksenhuisje van onze buurvrouw.
Na het overlijden van de oude moeder komen kinderen en kleinkinderen het vervallen huisje leeg maken. Het oude leven wordt verbrand. De donkerste dag wordt verlicht met het vuur van de oude sofa. Alsof de oude moeder als een fenix uit de as verrijst.

Vanuit onze tuin kijk ik en de boommalva toe hoe alles eindig is.

dinsdag, juni 19, 2012

Poëzie van het onooglijke

Bloemkool? bloemknop met smaak
Walstro 
 Poëzie van het onooglijke.
Walstro met geur, koningin der weide met smaak en de voetstap van de blanke man bij het heksenhuisje van Pont ar Gorret.
Maretakken bij het heksenhuisje

Bloem, bloemeke, bloembloem

Guido Gezelle dan maar citeren:
’t Is lentegroen genoeg,
voor honderdduizend oogen;
eilaas, ’k en hebbe er ik,
o grondig groene zee,
maar twee:
wie kander moedeloos,
den dwang mij doen gedoogen
van ’t geen mij tegenhoudt
nen tocht in al dat groen
te doen?

maandag, januari 19, 2015

Mijn stamcafé

Mijn stamcafé in Huelgoat. Niet direct een modieus Belgisch etablissement maar wat dat nog.
Een oude mannencafé met jonge vrouwen achter de toog, verder veel Britse Bretoense inwoners die hier hun dagen komen slijten.... Een tabac-tiercé-café, wie verzint het en waarom zit ik hier in een (gelukkig) door god vergeten café 'un petit café' te drinken. En dat ik dat nog met plezier doe ook. Kruiden zijn hier niet veel te vinden. Alhoewel, toch twee straffe planten met een wereldwijde omzet. Het eerste zit in dat kleine kopje voor me Coffea arabica met dat onverbiddelijk opwekkend stofje waar de halve wereld naar snakt en achter de bar wordt in grote hoeveelheden een even stimulerend als brandbaar kruid aangeboden, in een al even hallucinerend pakje met het opschrift 'Tabac tue'. Als ik niet beter wist, zou ik denken dat ik droomde. Of dat ik in een van de vele mythologische Bretoense verhalen terecht gekomen was. Alhoewel... Koning Arthur, Lancelot, Merlijn de tovenaar, Guinevere en Morgane zijn in geen bossen of velden te bekennen.
Dus, ik drink maar rustig, met zeer kleine slokjes mijn zeer kleine koffie leeg en dan weer op huis aan door het mysterieuze bos, langs de rivière d'Argent naar Pont ar Gorret.

dinsdag, november 17, 2020

Coronawandeling. Eik en veldsla.

Opnieuw Coronawandelingen. Nu niet in Pont ar Gorret Bretagne maar in Bonsoy Belgie. Alleen wandelen in een bijna gelijkaardig landschap, in dezelfde onwezenlijk geworden wereld. 

Opkijken naar en me optrekken aan stevig gewortelde oude eiken, vertederend neerkijken naar nieuw, hoopvol en eetbaar groen, vogelmuur, barbarakruid en veldsla. Hoop doet toch een klein beetje leven.

Oude eik. de Griekse dichter Hesiodes schreef 800 jaar voor Christus: 'Waar rechtvaardige mensen wonen, daar is hongersnood onbe­kend. De Goden zullen hun honing, schapen en eiken, rijk beladen met eikels, schenken'. De goden hebben ons blijkbaar verlaten. Zullen we dan zelf maar voor godje spelen? De aarde herscheppen. Of.... gewoon waarderen wat er is. Grote en kleine natuur. Eik en veldsla.

Tussen verdord herfstblad vind ik, hutje mutje op mekaar, honderden kiemplantjes van veldsla. Zomaar voedsel voor nu en straks. Aards voedsel inderdaad, maar op dit moment ook hemels voedsel. 

Veldsla, sla van het veld. Valerianella locusta is nu de officiële naam Deze plant heeft vroeger de wetenschappelijke naam Valerianella olitoria (L.) Pollich gedragen, waarin olitoria afgeleid is van olus, d.i. groente, want veldsla is niet alleen een wilde plant, maar wordt ook gekweekt. De bladeren van de gekweekte variëteiten zijn wel wat groter maar ze kunnen allebei als sla gegeten worden, vandaar de sla-naam. Valerianella betekent klein valeriaantje, heeft mogelijk ook de rustgevende werking van de grote valeriaan. Ook die werking zou op dit moment mij en de rest van de wereld kunnen helpen. 

En van een melancholische bui maar weer overschakelen naar het rationele houvast van wetenschappelijk onderzoek. Moet kunnen en is zelfs noodzakelijk,  D. tenuifolia and V. locusta, two greens, were analyzed for active compounds and antitumor actions on colorectal cancer cells............V. locusta inhibited HT-29 cancer cells viability more efficiently than D. tenuiofolia, but induced less cytotoxicity. This work highlights the importance of functional foods for colorectal cancer prevention. Plant Foods Hum Nutr. Phytochemical Composition and Antitumor Activities of New Salad Greens: Rucola (Diplotaxis tenuifolia) and Corn Salad (Valerianella locusta)


maandag, december 29, 2014

IJswitte warmte

En dus dan toch. Vanmorgen wit gerijpt hier in Pont ar Gorret. Gezellig even enkele graden onder nul. Witte rook uit de schouw, buiten blinken de schermbloemige resten van bereklauw en engelwortel, rietgras hallucineert van zichzelf en als de zon boven de horizon verschijnt lijkt de rivier te verdampen. Etherische tijd van het jaar, rookdagen. Zelf gaan zweven, verdampen. Zou dat mooi dood gaan zijn?

zaterdag, november 07, 2020

Over groot hoefblad bij allergische rhinitis

Nog een laatste mooi beeld van verzopen groot hoefblad in onze Bretoense tuin. Ooit een enkel stukje wortel zelf aangeplant bij de Aulne in Pont ar Gorret. Ook zonder mij zullen ze gelukkig wel overleven. 

Dan maar een nuchter artikel over de geneeskrachtvan deze stoere plant. Petasites Groot hoefblad (Petasites hybridus (L.) G.Gaertn., B.Mey. & Scherb.; Asteraceae) is waarschijnlijk een van de bekendste planten waarvan de werking bij allergische rhinitis wetenschappelijk is bevestigd. Bekende synoniemen van P. hybridus zijn Tussilago hybrida L. of T. petasites L. Extracten van zowel rizoom en wortels als van de bladeren worden al eeuwenlang gebruikt, onder andere bij hoest, astma, spasmen in gladde spieren en hoofdpijn. 

De belangrijkste werkzame stoffen zijn de sesquiterpenen petasin, isopetasin en neopetasin. Petasites bevat echter ook levertoxische pyrrolizidine-alkaloïden (PA’s). Het gehalte van deze alkaloïden is in de bladeren tienmaal lager dan in de wortels. Door middel van superkritische CO2 -extractiemethoden kunnen extracten verkregen worden die vrij zijn van PA’s.

Het anti-allergische effect van petasinen is voor een deel terug te voeren op een antihistamine-activiteit en op een ontstekingsremmende activiteit. Het Petasites-extract verhindert de calciuminflux in geactiveerde mestcellen, wat zorgt voor blokkering van degranulatie (afbraak) van deze mestcellen (remming van de histaminevrijzetting). Remming van de vorming van leukotriënen (cysteïnyl-leukotrieen en leukotrieen B4) in immuuncellen zorgt voor de anti-inflammatoire werking. 

Klinische studies naar Ze 339 Petasites-extract 

Een gestandaardiseerd en gepatenteerd CO2 -extract van de bladeren van Petasites hybridus (Ze 339) is in 2003 in Zwitserland op de markt gekomen als geregistreerd receptgeneesmiddel met als indicatie de behandeling van intermitterende allergische rhinitis en daaraan gerelateerde symptomen van neus, oog en keel. De effectiviteit en kortetermijnveiligheid van dit extract is in meerdere, kortdurende studies van twee weken aangetoond door de fabrikant, vergeleken met een placebo ofmet een positieve controle met antihistaminica. Allergische rhinitis bij de proefpersonen werd bevestigd met een huidpriktest, soms aangevuld met een bepaling van specifieke IgE-antistoffen. De werking van het extract is lokaal (op de plaats van ontsteking) en niet perifeer en is werkzaam in de vroege en de late fase van de allergische reactie. Een dosis (tablet) bevat 20-40 mg extract overeenkomend met 8 mg petasin. Naast petasinen (20,3%), bevat het extract onder andere vetzuren (40,2%), aromatische componenten (7%) en fytosterolen (1,2%). 

Een studie waarin twee verschillende doses Ze 339-extract werden vergeleken met een placebo toonde dat de effectiviteit dosisafhankelijk is. De studie werd uitgevoerd onder 186 personen met bevestigde intermitterende allergische rhinitis. In de groep die 2 weken lang 3 tabletten per dag kreeg (24 mg petasin), trad bij 91% een verbetering van de totale symptomen op en in de groep die 2 tabletten per dag kreeg (16 mg petasin) gebeurde dat bij 71%. 

Eerder al werden positieve effecten gemeten in een verkennende studie met 6 proefpersonen met allergische rhinitis. Gebruik van 6 tabletten per dag gaf binnen 5 dagen een sterke afname van de concentraties van ontstekingsmediatoren (cysteïnylleukotrieen, leukotrieen B4) en van histamine in het neusvocht. Rhinomanometrie, een methode waarbij het functioneren van de neus wordt gemeten, toonde een sterke verbetering in de symptomen van een verstopte neus.

Meer info over hoefblad.https://sites.google.com/site/kruidwis/kruiden-a/petasites-groot-hoefblad


vrijdag, juli 27, 2012

Koningin der weiden

Moerasspirea of koningin der weiden (Reine des prés) wil hier in het Bretoense Pont ar Gorret wel groeien en bloeien. De bloeitoppen kunnen nu geplukt worden en dat heb ik vanmorgen in de verwarmende stralen van de opkomende zon, dan ook gedaan. De geurige bloemetjes zijn geschikt om een nagerecht, thee of koek te aromatiseren. Ook de bovenste stelen kunnen gebruikt worden maar dan meer om medicinale bereidingen zoals een tinctuur te maken. Bij het knippen of kneuzen ruikt je duidelijk de geneeskrachtige methylsalicaten met hun pijnstillende en anti-inflammatoire werking.

Petrus Nijlandt heeft het over Geyten-baert, Reynette, in ’t Latijn Regina prati
Tegen allerhande buiklopen, onmatige maandstonden en bloedspuwen: Neem van de gedroogde wortel van reinette een vierendeel lood en geef dit met rode wijn of gestaald water in. Ook kan men van het kruid zelf een afkooksel maken en daarvan laten drinken. Dodonaeus.

Tegen hete koortsen: Neem een pint water dat van de bladeren en bloemen gedistilleerd is, van siroop van limoenen drie ons, vermeng dit tezamen en laat hiervan dikwijls drinken. Neem ondertussen het kruid, stamp of hak het klein en bindt het op de pols. P.Potterus.
Om verse wonden en het bloeden te stelpen: Neem van de verse wortels zoveel  als nodig is, stamp ze klein in een mortier en leg het papgewijs op. Schroderus.

Meadowsweet
Bridewort, dollof, ergecsakali, European meadowsweet, lady of the meadow, meadow queen, meadow-wort, meadsweet, moerasspirea, pride of the meadow, queen of the meadow, and ulmaria.
Historical or traditional use (may or may not be supported by scientific studies)
Meadowsweet was used historically by herbalists for a wide variety of conditions, including treating rheumatic complaints of the joints and muscles.1 Nicholas Culpeper, a 17th-century English pharmacist, mentioned its use to help break fevers and promote sweating during a cold or flu. Traditional herbal references also indicate its use as a diuretic for people with poor urinary flow. It was also thought to have antacid properties and was used by herbalists to treat stomach complaints, including heartburn.


En een receptje: Sabayon 'Reine des Prés'
4 eieren
125 gram suiker
1 theelepel citroensap
50 gram bloemen van moerasspirea
200 gram frambozen
Klop de eieren met de suiker en het citroensap ongeveer 5 minuten au bain marie tot het mengsel dik wordt. Meng de bloemen door het het mengsel. Verdeel de frambozen over enkele bakjes en giet de sabayon erover heen.

Wat wetenschappelijk onderzoek
http://www.globinmed.com/index.php option=com_content&view=article&id=83319:filipendula-ulmaria&catid=847:f&Itemid=203
http://www.scu.edu.au/garden/index.php/34/
Beukelman CJ, Halkes SBA, Kroes BH, Labadie RP, Van den Berg AJJ, Van Dijk H. In Vitro Immunomodulatory Activity of Filipendula ulmaria. Phytotherapy Research 1997; 11: 518–520.
Barnaulov OD, Denisenko PP. Antiulcerogenic action of the decoction from flowers of Filipendula ulmaria. Pharmacological Toxicology 1980; 43: 700-705.
Yanutsh AY et al. Astudy of the ulcerogenic action of the extracts from the supernatant part and roots of Filipendula ulmaria. Farm Zh 1982; 37: 53-56.

woensdag, mei 02, 2012

Dodemansvingers?

Holle stengel
Dodemansvingers! Ook dat is de naam van een plant, een naam die weinig goeds voorspelt. Dodemansvingers of  Oenanthe crocata is een spannende en zeldzame schermbloemige die, bij ons Bretoens huis in grote getale voorkomt. Giftig dus, wat zich niet alleen in de Nederlandse naam vertaalt maar ook in de Engelse Dead Tongue. De ene keer verwijst het naar de verlamming van vingers en de andere keer naar de verlamming van de tong. Dat zijn maar enkele vergiftigingssymptomen die een flinke hap krokante oenanthe kan opleveren.

Oenanthotoxine is de stof in de plant die het centrale zenuwstelsel beïnvloedt. De zenuwen van het gezicht en lichaamsuiteinden worden het eerst aangetast. Andere symptomen zijn duizeligheid, gevoel van verdoving, verlies van kracht, stuiptrekkingen, delirium, spierstijfheid....
Maar de bekendste en interessantste bijwerking is wel de sardonische grijns. Medisch gezien is risus sardonicus, zoals dat genoemd wordt, een probleem waarbij spieren in het gezicht verkrampen waardoor de persoon lijkt te grijnzen. Het woord sardonisch komt van Sardinië. Volgens oude verslagen werden daar in de oudheid oudere mensen, die zichzelf niet meer goed konden verzorgen, gedood door ze dodemansvingers te laten eten. Nadat ze even sardonisch hadden gegrijnsd gingen ze respectvol dood. Een vorm van euthanasie dus.

Dodemansvingers bij de Aulne Pont ar Gorret
Altijd interessant om planten met een verhaal in de tuin te hebben.In zekere zin zijn giftige planten niet gevaarlijk, maar gebrek aan kennis wel.

Info over Oenanthe crocata http://www.homeoint.org/seror/patho1900/oenanthe.htm  All the evidence in all the authorities show clearly that the drug produces in man all the symptoms of epilepsy, and it is in that disease that clinical testimony is gradually accumulating.

Clin Toxicol (Phila). 2009 Apr;47(4):270-8. Poisoning due to water hemlock. Schep LJ, Slaughter RJ, Becket G, Beasley DM.The principal toxins, cicutoxin and oenanthotoxin, belong to a group of C17 conjugated polyacetylenes. They act as (noncompetitive) gamma-aminobutyric acid antagonists in the central nervous system (CNS), resulting in unabated neuronal depolarization that can lead to seizures. Ingestion of even a small amount of plant matter may result in severe intoxication.

http://www.botanical.com/botanical/mgmh/d/drophe21.html Both stem and root, when cut, exude a yellowish juice, hence the specific name of the plant and one of the common names (Yellow Water Dropwort) by which it is known. The juice will stain the hands yellow. The generic name, Oenanthe, is derived from the Greek ainos (wine) and anthos (a flower), from the wine-like scent of the flowers.